Z7_99H0H382LO7R60AH5J4SND2482
De belangrijkste voorwaarde voor de totstandkoming van een fiscale eenheid is dat de moedermaatschappij 95% van de aandelen houdt van haar (middellijke) dochters, art. 15(1) VPB. Hierdoor kan een derde een belang van 5% hebben, dat net van voldoende omvang is om voor de deelnemingsvrijstelling te kwalificeren.
Let op! Ten aanzien van het aandelenbezit moet sprake zijn van juridisch eigendom (stemrecht) en economisch eigendom.
Een FE is niet mogelijk als tussen moeder en dochter een STAK zit.
Heeft u nog geen account op MFAS? Dan dient u zich eerst te abonneren om deze pagina volledig te kunnen zien.
AbonnerenHeeft u al een account op MFAS? Dan dient u eerst in te loggen om deze pagina volledig te kunnen zien.
Inloggen